In april van dit jaar verscheen van de hand van Wim Davidse het boek ‘Er is meer in ons. Leren van de mystici’ (Berne Media). Ik werd door de schrijver hierop geattendeerd nadat hij de site leegenbevrijd.nl ontdekt had. Relevant voor ons is dat hij Hein Thijssen daarin bespreekt als een van de vijf moderne mystici die hem geïnspireerd hebben in zijn eigen ontwikkelingsweg. De andere mystici die hij in zijn boek bespreekt zijn Etty Hillesum, Dag Hammerskjöld, de dichter J.C. van Schagen en Carine Philipse. Daarnaast heeft de schrijver ook nog een verkenning uitgevoerd naar de belangrijkste mystieke tradities. Dit alles om gemeenschappelijke en overeenkomstige kenmerken van zo’n mystieke weg op te sporen.
Mystici van alle tijden en uit alle religies leren ons dat God niet buiten ons is, maar in ons. Van de bekende uitspraak ‘er is meer tussen hemel en aarde dan we denken’ maakt de schrijver een variant: ‘er is meer in onszelf dan we denken’. Er zijn natuurlijk grote verschillen tussen de religies, maar op het mystieke vlak ontmoeten ze elkaar. De auteur beschrijft negen ‘merkstenen’ die een mystieke weg markeren. Het woord ‘merkstenen’ heeft hij daarbij ontleend aan het gelijknamige mystieke dagboek van Dag Hammerskjöld.
Voor zover ik weet is dit het eerste boek waarin Hein Thijssen expliciet besproken wordt (p.33 t/m/39). In ‘Verlichting in een lege verpakking’ van Paul van der Sterren (2012, p.39) en ‘Rozegeur & prikkeldraad’ van Hans Laurentius (2014, p.114) werd Hein al vermeld en werd er verwezen naar zijn eerste boek. Ook is het verheugend te noemen dat Hein Thijssen door Wim Davidse in het rijtje grote moderne mystici zoals Etty Hillesum en Dag Hammerskjöld geplaatst wordt. Wim Davidse kwijt zich prima van zijn taak om Hein’s ontwikkelingsweg te beschrijven en diens ontwikkelingsgang te vergelijken met andere ‘Godzoekers’.
Het zal duidelijk zijn dat Hein Thijssen door Wim Davidse in dit boek neergezet wordt als mysticus. Dat is de invalshoek van de auteur en wellicht ook de gangbare manier om naar iemand als Hein Thijssen te kijken. Op zich is daar ook niets mis mee. Persoonlijk ben ik van mening – en dat zal op sommigen misschien ontluisterend overkomen – dat ontwaken, bevrijding, of hoe je het ook noemt, in diepste zin niets te maken heeft met spiritualiteit of mystiek zoals wij daar normaliter over spreken. Het gaat daaraan voorbij. Het betreft m.i. een natuurlijk gebeuren. Misschien dat Zen-meesters dit nog het beste uitdrukken. Hein’s staat van ‘leeg en bevrijd’ is volgens mij in essentie geen godservaring of eenheidservaring; die komen en gaan. Reden misschien dat Felix Erkelens van Uitgeverij Juwelenschip Hein’s tweede boek ‘de andere god’ nu opnieuw uitgeeft onder een andere titel, ‘Onze oorspronkelijke staat van heelheid’.
Hein Thijssen noemde zijn ontwikkelingsproces achteraf een ‘areligieus proces’. Behalve de term ‘atheïst’ bestaat er ook nog – hoewel minder gangbaar – de term ‘nontheïst’ of ‘anatheïst’; hij die het theïsme voorbij is en zich niet (meer) bezighoudt met het wel of niet vasthouden of geloven in een reddende of sturende instantie buiten ons. Wellicht is deze omschrijving beter van toepassing op Hein dan de term atheïst die hij zich toebedeelde, blijkens de titel van zijn derde boek, ‘Atheïst, maar niet goddeloos’.
Tenslotte moet mij een kleine onvolkomendheid in het boek van het hart. Hein werd in zijn ontwikkelingsweg niet geïnspireerd door het taoïsme (p.36, 38 en 81), maar door de Tao Teh Tsjing van Lao Tze, en wel de specifieke vertaling en interpretatie hiervan door Archie J. Bahm. Ik heb hierover uitvoerig geschreven in mijn blog ‘De Tao van Hein, een open geheim’ op 10 oktober 2017. Ook in het artikel ‘Terugblik op Hein Thijssen’ van mijn hand in het tijdschrift InZicht (4-2018) komt dit ter sprake.
Al met al een mooi en lezenswaardig boek waarin naast Etty Hillesum, Dag Hammerskjöld, J.C. van Schagen en Carine Philipse ook Hein Thijssen een welverdiende plaats heeft gekregen.